CRUCIALE STAPPEN VOORUIT IN TURBULENT 2021

CRUCIALE STAPPEN VOORUIT IN TURBULENT 2021

Wie hunkert vandaag niet naar meer stabiliteit en zekerheid? Toch kunnen we niet om de werkelijkheid heen. Het coronavirus houdt ons al twee jaar in zijn greep en doorkruist alle andere dossiers van belang voor de duurzaamheid van onze economie en onze welvaart. Met de politiek is het als in de zorgsector, niet-levensnoodzakelijke behandelingen moeten wijken voor de urgente zorg zodra de crisis piekt. De gezondheid en het welzijn van de mensen krijgen uiteraard altijd voorrang. Maar dat betekent allerminst dat we als grootste werkgeversorganisatie van het land andere kritieke dossiers lieten ondersneeuwen. 2021 was wars van de coronaschaduw een jaar waarin we samen met onze sector-ledenfederaties cruciale stappen vooruit hebben gezet. VBO-voorzitter Bart De Smet en CEO Pieter Timmermans blikken terug en kijken vooruit.

2021 was een bijzonder turbulent jaar?

Pieter Timmermans (PT): “Dat klinkt nog als een understatement. De coronapandemie zet onze manier van leven en werken op zijn kop. En vergt zoveel energie en inspanningen dat andere dossiers minder aandacht krijgen. We hoopten dat het ergste achter de rug was en de revalidatie van onze economie was ingezet. Maar we worden ingehaald door de werkelijkheid. Samen met onze leden-sectorfederaties doen we dag in dag uit het onmogelijke om de bedrijven de zuurstof te geven die ze nodig hebben om de continuïteit van hun economische activiteit te verzekeren. Maar behalve de revalidatie van onze economie, zijn er nog grondige hervormingen nodig vooraleer we weer zullen kunnen lopen.”

Bart De Smet (BDS): “Wie de optelsom maakt van al die structurele hervormingen, kan niet anders dan vaststellen dat de nv België er niet komt met een herstelbeleid alleen, maar meer dan ooit nood heeft aan een geïntegreerd transformatieplan. Systeemdossiers, zoals energie, relance, fiscaliteit, mobiliteit, pensioenen en arbeidsmarkt – en dan vergeet ik er nog een paar – vragen om systemische oplossingen waar alle politieke en socio-economische actoren hun schouders onderzetten. Het vergt visie en leiderschap om in een context met meer onzekerheden dan zekerheden de juiste knopen door te hakken in het belang van de welvaart voor iedereen. Om echt waarde te creëren voor de maatschappij en niemand achter te laten.”

PT: “We blijven geloven in de kracht van de samenwerking, in het doorzettingsvermogen en de solidariteit die we de afgelopen jaren met zijn allen hebben getoond. En zijn tegelijk voorstander van een nog sterker partnership tussen publieke en private sector. Niemand, ook de overheid niet, is vandaag nog in staat om de systeemdossiers en maatschappelijke uitdagingen op eigen kracht aan te pakken. Niemand zal in zijn eentje dit land welvarender maken.”

DE DUIVEL ZIT IN DE DETAILS

Het was hard labeur om tot een voor alle stakeholders aanvaardbaar begrotingsevenwicht te komen?

BDS: “Er zit muziek in het globale akkoord van de federale regering dat de financiën van ons land een gezond, nieuw elan moet geven. Maar iedereen beseft ook dat het werk niet af is. De minimumpensioenen optrekken naar 1.500 euro/maand was relatief eenvoudig. De financiering ervan via een werkzaamheidsgraad van 80% is hoogst onzeker. Enkel de maatregelen inzake e-commerce en avond-/nachtwerk kunnen effectief vruchten afwerpen, maar die zijn jammer genoeg doorgeschoven naar een rondetafel met een onzekere afloop. En zo staan er nog wel valse noten in het luik arbeidsmarkt. Positief is dan weer dat er nadruk ligt op extra productieve investeringen en de regering haar plannen voor een energienorm wist hard te maken.”

PT: “De regering houdt gelukkig ook vast aan de budgettaire orthodoxie. Maar de duivel zit in de details. Er werden al nieuwe maatregelen aangekondigd. Denk aan de effectentaks of de lagere bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid en de financiering daarvan via de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing. We vrezen echter dat de multinationals opnieuw als budgettaire melkkoeien worden beschouwd, ondanks hun onmisbare meerwaarde voor de Belgische economie.”

Dat brengt ons naadloos bij de fiscale hervorming die in de pijplijn zit.

PT: “Onlangs nog hoorde minister van Financiën Vincent Van Peteghem de standpunten van de werkgevers tijdens een Strategisch Comité van het VBO. We steunen zijn strategie om pas een blauwdruk op tafel te leggen na een brede politieke en maatschappelijk dialoogronde. Bij een hervorming van die grootorde en met die langetermijnimpact laat je je immers best niet leiden door de waan van de dag. Om alle ideeën, suggesties en bezorgdheden van de bedrijven te verzamelen, organiseerde het VBO zelf ook een een nationale studieconferentie. Daar zoomden we in op zowel de belasting op arbeid als op de vermogens- en de consumptiefiscaliteit.”

BDS: “Zo’n blauwdruk komt overigens niets te vroeg. Het wordt hoog tijd dat België de loonwig verkleint en de excessief steile progressiviteit in de personenbelasting afbouwt. Wie naar het totale plaatje kijkt, ziet immers dat de gemiddelde inkomens proportioneel het grootste fiscale gewicht moeten torsen. Dat vinden wij niet correct en dus vragen we om de middenlonen te ontzien, maar zonder de belasting op arbeid voor andere inkomensklassen te verhogen. Tegelijk mag het systeem een stuk eenvoudiger. Kortom, we ijveren voor een hervorming die in de diepte gaat en tegelijk de complexiteit wegneemt. Dat is hoognodig om de gezinnen en ondernemers zuurstof te geven voor de komende decennia. Daarom moet de blauwdruk primordiaal focussen op lagere lasten op arbeid. Dat is niet alleen noodzakelijk, maar ook maatschappelijk verantwoord.”

“We ijveren voor een fiscale hervorming die in de diepte gaat en tegelijk de complexiteit wegneemt. Dat is hoognodig om de gezinnen en ondernemers zuurstof te geven voor de komende decennia.”

“Een werkzaamheidsgraad van 80% is de heilige graal, niet alleen om de pensioenen betaalbaar te houden, maar ook om onze begroting op orde te brengen.”

NAAR EEN DUURZAAM PENSIOENSTELSEL

Ondanks de verschillende bijsturingen blijft de houdbaarheid van het pensioenbeleid op lange termijn een pijnpunt?

BDS: “Dat beseft de politiek ook. Vorige maand nog zaten de werkgeversorganisaties binnen de Groep van Tien rond de tafel met Karine Lalieux, minister van Pensioenen. Het is van belang dat de jongere generaties op een pensioenstelsel kunnen bogen dat niet alleen financieel houdbaar, maar ook billijk is. Daarom is het zo belangrijk dat we daadwerkelijk evolueren naar een actieve loopbaan tot 67 jaar. Maar dat alleen zal niet voldoende zijn. Het pensioenstelsel zelf moet ook worden hervormd om meer mensen aan de slag te krijgen en de pensioenen betaalbaar te houden.”

PT : “Het klopt dat de wettelijke brutopensioenen relatief laag zijn. Dat hier echter nog veel marge voor verbetering is, staat buiten kijf, en dan vooral bij die mensen waar het armoederisico een pak groter is. Het is ook ontegensprekelijk een goede zaak dat het gros van de actieve bevolking een tweede pensioenpijler heeft en dat miljoenen Belgen zelf nog sparen voor hun pensioen. Die drie pijlers combineren kapitalisatie en repartitie enerzijds, en collectieve en individuele verantwoordelijkheid anderzijds. Een combinatie ervan is de beste garantie voor een degelijk appeltje voor de dorst, voor een volgehouden betaalbaarheid onafhankelijk van plotse economische schokken.”

BDS: “De voorstellen van de minister van Pensioenen, die nu op tafel liggen, gaan, met uitzondering van het voorstel over de verdieping van de 2e pijler, jammer genoeg niet in de richting van een grondige hervorming. Integendeel, ze hebben eerder de neiging om niet-werken lonender te maken en de pensioenuitgaven te verhogen. Wil het pensioenstelsel werknemers aanmoedigen langer te blijven werken, dan is het van essentieel belang dat de pensioenopbouw werken lonender maakt. Tegelijk is grondig overleg nodig over de solidariteitsmechanismen tussen generaties en binnen eenzelfde generatie. De combinatie van al die maatregelen zal leiden tot een duurzaam, homogeen en rechtvaardig pensioenstelsel, wat eventueel zou passen binnen de filosofie van een puntensysteem. Een puntensysteem heeft immers als voordeel dat het zichzelf reguleert in functie van de economische en demografische ontwikkelingen.”

PT : “Om het met een metafoor te zeggen: we moeten de stam van de pensioenboom versterken en niet nog meer vertakkingen toelaten. Het risico dat een verzwakte stam breekt onder het gewicht van een kruin overladen door uitzonderingen of afwijkingen, kan niet nog groter worden.”

MUREN AFBREKEN

Niet alleen de actieve loopbaan moet langer, ook de werkzaamheidsgraad moet fors hoger?

PT: “Een werkzaamheidsgraad van 80% is de heilige graal, niet alleen om de pensioenen betaalbaar te houden, maar ook om onze begroting op orde te brengen. Willen we onze welvaart vrijwaren, dan moeten we er echt in slagen om 8 op de 10 Belgen tussen de 20 en 65 aan de slag te krijgen. De activering van het ontslagrecht en de grotere mobiliteit van werkzoekenden tussen de regio’s en op Europees niveau zullen daar ongetwijfeld toe bijdragen. Net zoals de re-integratie van langdurig arbeidsongeschikten.”

BDS: “De resultaten van onze ‘Young Talent in Action’-enquête wijzen duidelijk op een aantal structurele problemen in de werking van onze arbeidsmarkt. Afgestudeerde jongeren voelen zich niet voldoende voorbereid op de arbeidsmarkt en werkgevers vinden te weinig geschikte mensen. Dat fnuikt onze kansen op groei en tewerkstelling. Het is hoog tijd dat muren worden afgebroken. De boost die het hybride werken kreeg, bewijst dat het kan. De voorbije decennia groeide de arbeidsmarkt uit tot een versterkte burcht met gelukkige insiders (jobs) en mistevreden outsiders (niet-actieven). We laten een pak kansen liggen. Met als schoolvoorbeeld de starre e-comregels. Die kosten ons jaarlijks 0,3 à 0,4% economische groei waardoor we het voorbije decennium tienduizenden jobs aan Nederland en Duitsland verloren.”

PT: “Kortom, de werkzaamheidsgraad opkrikken kan pas slagen met een combinatie van een flexibele arbeidsmarkt, proactief beleid inzake toegang tot arbeid, levenslang leren en een sterke sociale bescherming die terdege rekening houdt met de behoefte van bedrijven inzake kosten, arbeidsorganisatie en administratieve last.”

De werven die ons land voor 2030 moeten klaarstomen, zijn m.a.w. niet op een hand te tellen?

PT: “Een bedrijf dat relevant wil blijven, kijkt ver vooruit en maakt op basis van die toekomstvisie concrete actieplannen. Ons land heeft nood aan krachtdadige, toekomstgerichte en geïntegreerde beleidskeuzes inzake energie, mobiliteit, arbeidsmarkt, klimaat & milieu, fiscaliteit, pensioenen, migratie …. Ik leg de nadruk op ‘geïntegreerd’, want alle werven zijn onmiskenbaar met elkaar gelinkt. De ingewikkelde politieke staatsstructuur maakt het niet gemakkelijk, maar wat meer collectieve ambitie zou welkom zijn.”

BDS: “In 2030 viert België zijn 200ste verjaardag. Hoe willen we dat België er over tien jaar uitziet? Hoe willen we dat onze burgers over tien jaar naar hun land kijken? Wat willen we dat internationale media in 2030 schrijven over de 200ste verjaardag van België? Een land dat zijn vele troeven geleidelijk verkwanselde? Of een land dat een bijzonder sterke remonte heeft gemaakt? Onze ambitie moet zijn om deel uit te maken van de top vijf in de meest belangrijke, internationale rankings. We moeten, zoals Pieter zegt, durven denken op lange termijn. 2030 is voldoende dichtbij om concreet te zijn – ver genoeg om vandaag al te kunnen plannen. Vandaag werken onze experts keihard om een concreet toekomstplan uit te rollen. Zonder al te veel prijs te geven, kristalliseren we 30 ambities rond zes centrale assen waarmee we de nv België tegen 2030 opnieuw bovenaan de kaart moeten zetten. We hebben alles wat nodig is om er te geraken: de mensen, de ondernemingen, de kennis én de ambitie.”

lees meer
lees minder